Schade door ritnaalden neemt de laatste jaren toe in verschillende akkerbouwgewassen, zoals suikerbieten, uien of aardappelen. Ritnaalden zijn larven van kniptorren, die hun eitjes in grasachtige gewassen leggen. De larven, een stadium dat enkele jaren duurt, kunnen in vervolgteelten zorgen voor vraatschade aan zaailingen, knollen of bollen.
Akkerbouwers vragen zich af wat de rol van groenbemesters hierin is. Dit vierjarige project onderzoekt of bepaalde groenbemesters de schade kunnen beperken en of zo’n tussenteelt de ritnaaldschade meetbaar beïnvloedt. Met de opgedane kennis kunnen akkerbouwers betere keuzes maken in hun bouwplan.
Uitvoerder: HLB