Akkerbouw bereidt zich voor op extreem weer
Perioden van extreme droogte of juist veel neerslag in korte tijd. Door een veranderend klimaat krijgen we er steeds vaker mee te maken. Hoe kun je als akkerbouwer de risico’s tot een minimum beperken? Komende vier jaar wordt binnen de PPS ‘Klimaatadaptie Open Teelten’ gewerkt aan praktische handvatten en innovaties.
Bedrijfsleven en onderzoekspartijen – Wageningen University & Research (WUR), Stichting Proefbedrijven Noordelijke Akkerbouw (SPNA) en Delphy – hebben de koppen bij elkaar gestoken in de PPS ‘Klimaatadaptie Open Teelten’. In februari is deze publiek-private samenwerking (PPS) officieel van start gegaan. Het doel is duidelijk: de risico’s op opbrengstderving door extreme weersomstandigheden in de akkerbouw verkleinen. In de periode 2020-2023 wordt gewerkt aan een combinatie van verbetering van de bodemkwaliteit, teeltmaatregelen, opheffen van ondergrondverdichting en slimmer en beter beregenen.
Onrendabele teelten
De noodzaak staat buiten kijf volgens Edwin Michiels, akkerbouwer en voorzitter van de begeleidingsgroep van deze PPS. “In de akkerbouw kan de schade door droogte, warme zomers en wateroverlast in extreme jaren fors oplopen. Sommige teelten kunnen daardoor onrendabel worden. Afgelopen jaren heeft extreem weer al regelmatig voor grote schade gezorgd. En door klimaatverandering worden er hogere gemiddelde temperaturen, meer hittegolven en veranderende neerslagpatronen verwacht”, benadrukt Michiels.
Tegelijkertijd staat volgens hem de bodemkwaliteit in Nederland onder druk. “Zaken als ondergrondverdichting en lage organische stof gehaltes kunnen zorgen dat gewassen sneller last hebben van een vochttekort of vochtoverschot. De bodem is dan onvoldoende in staat om water vast te houden bij droge periodes of het overschot aan water goed door te laten bij natte periodes. Daarbij is beregening niet altijd en overal een optie.”
Beheersbaar
Met ‘Klimaatadaptie Open Teelten’ zal in vier verschillende deelonderzoeken gewerkt worden aan maatregelen die een teler kan nemen om de risico’s doelgericht beheersbaar te houden. Met het eerste onderzoek ‘Akkerbouw soilwaterproof’ wordt vooral kennis verzameld over de risico’s van de huidige productiesystemen voor extreem weer en verzilting. Daarmee wordt een belangrijke basis gelegd voor de andere drie projecten die zich achtereenvolgens richten op: een klimaatbestendige (poot)aardappelteelt in de praktijk, het duurzaam opheffen van ondergrondverdichting, en het zuinig beregenen en waterkwaliteit in de teelt van zetmeelaardappelen. Projectleider Daan Verstand (WUR): “We verwachten hiermee komende jaren echt met praktische tools te komen die de ondernemer economisch en ecologisch perspectief biedt op de korte én lange termijn.”
De verschillende deelprojecten van dit grootschalige onderzoek zijn nauw met elkaar verbonden en worden in samenhang uitgevoerd door Wageningen University & Research (WUR), Stichting Proefbedrijven Noordelijke Akkerbouw (SPNA) en Delphy. Dit gebeurt op initiatief van Brancheorganisatie Akkerbouw en met Agrifirm als partner. De komende vier jaar wordt er in totaal – collectieve onderzoeksgelden en publieke gelden – circa € 1,4 miljoen geïnvesteerd in een klimaatbestendige akkerbouwsector.