26-01-2022

‘Gezamenlijk onderzoek is nodig voor sprong voorwaarts’

Sinds 2009 is Teun de Jong voorzitter van de Nederlandse Akkerbouw Vakbond (NAV). In die rol is hij bestuurslid van BO Akkerbouw. De akkerbouwer uit het Friese Sint Annaparochie vindt dat het van groot belang is om in de sector samen op te trekken. De verplichte bijdrage is volgens hem een essentieel instrument om teeltonderzoek te financieren.

Kunt u iets vertellen over uw bedrijf?

“Ons akkerbouwbedrijf telt 136 hectare in Noord-Friesland. Ik doe het samen met twee zoons. We telen pootaardappelen, granen, suikerbieten, zaaiuien en winterpeen. We hebben jaarrond werk, omdat wij ons pootgoed sorteren en verpakken voor bestemmingen in de hele wereld. De nadruk ligt op Noord-Afrika, het Midden-Oosten en Europa.”

Wat is het mooiste aan het akkerbouwvak?

“Ik vind het prachtig om ieder jaar de volledige cyclus te doorlopen. Van zaaien of poten, het gewas verzorgen, oogsten, verhandelen tot verkoopklaar maken. Ieder jaar is anders, want we zijn afhankelijk van de natuur. Dat is inherent aan het vak. Je hoopt natuurlijk altijd dat het de goede kant op valt.”

Wat vindt u lastig?

“De regeldruk. Dat is echt lastiger dan dealen met het weer. Achter de wolken schijnt altijd de zon, maar regelgeving is hardnekkig. We hebben het idee dat de overheid onvoldoende verstand van zaken heeft en soms zelfs een verborgen agenda. Daarom moeten we samen optrekken om het goede beleid na te streven.”

Bent u daarom bestuurlijk actief geworden bij NAV en BO Akkerbouw?

“Zeker. Ik vind dat het algemene boerenbelang gediend moet worden. Dan ben ik ook bereid om die taak uit te oefenen. Mijn leven lang richtte ik mijn blik breder dan het boerenbedrijf alleen. Ik werkte als docent op een landbouwschool, was commissaris van een aardappelhandelshuis en eerst regionaal en later landelijk bestuurder van NAV. Al sinds 2009 ben ik NAV-voorzitter. Zo was ik bij de oprichting van BO Akkerbouw in 2015 betrokken, samen met ketenpartners. Zo’n platform hadden we nodig.”

Waarom is een platform voor de akkerbouw zo belangrijk?

“Op de eerste plaats om gezamenlijk onderzoek uit te voeren. Dat is de corebusiness van BO Akkerbouw. Onderzoek is alleen mogelijk met een verplichte afdracht, want anders wijst elke teler naar zijn buurman. Het Programma Onderzoek & Innovatie werkt goed, want we kunnen van elke euro die akkerbouwers inleggen vier euro aan onderzoek besteden.

Als Sectie Teelt kijken we kritisch of het geld nuttig wordt besteed. Ook hebben we akkerbouwers begin 2021 gevraagd onderzoeksideeën in te dienen. Na onze zorgvuldige selectie heeft een panel van akkerbouwers punten toegekend. Daar is nieuw onderzoek uit voortgekomen.”

"Als Sectie Teelt kijken we kritisch of het geld nuttig wordt besteed."

Welke waarde heeft gezamenlijk onderzoek?

“Kennis is nodig om als sector een sprong voorwaarts te maken. Zoals we in Friesland zeggen: ‘Zonder aanloop kom je nooit over de sloot.’ Doel is de positie van de akkerbouw in Nederland te verbeteren. Dat kan bijvoorbeeld door onderzoek naar alternatieven voor gewasbescherming, omdat we steeds minder middelen kunnen gebruiken. We hebben ook kennis nodig over een evenwichtig bodemleven: meer organische stof maar minder schadelijke bodeminsecten.”

Hoe ziet de akkerbouw van morgen eruit?

“Het fundament blijft gelijk, de methoden worden anders. We blijven hoogwaardige producten telen, maar chemische onkruidbestrijding wordt vervangen door mechanische bestrijding of zelfs robotisering. Voor ziektebestrijding denk ik dat snellere veredeling van nieuwe rassen met betere resistenties nodig is. Dat zie ik nu al op ons bedrijf: we kiezen andere rassen om aardappelmoeheid (AM) te voorkomen. Ook de organischestofbalans wordt steeds belangrijker.”

Wat brengt de dag van vandaag?

“Pootgoed voor Frankrijk klaarmaken. Gisteren hebben we de aardappelen al uit de koeling gehaald en geventileerd. Ik moet achter de rollerband om deze te controleren. Ja, mijn zoons weten mij te vinden.”

Hoe eet u uw aardappels het liefst?

“Gewoon gekookt. Annabelle is mijn favoriet: vastkokend en smaakvol. Maar ook Bildtstar – die hier vlakbij is ontwikkeld - is heerlijk. Mijn vrouw zet ons ook wel eens rijst voor, maar dan reken ik voor hoeveel kilometers die heeft gereisd en hoeveel water voor de teelt ervan nodig is. Als het aan mij ligt, eten we elke dag aardappels.”