07-11-2022

‘Het coöperatieve karakter van de sector is waardevol’

Sinds begin september is Constantijn Horák (53 jaar) bestuurssecretaris bij BO Akkerbouw. Met veel plezier. Hij waardeert de bereidheid van alle ketenpartijen om samen te werken, hetgeen hij in alle contacten proeft. “Dat is echt niet in alle branches zo. Dat is iets om te koesteren.”

Wat is jouw achtergrond?

“Ik ben geboren en getogen in Breda, waar ik nu weer woon. Mijn vader is Nederlands, mijn moeder Grieks. Na mijn rechtenstudie in Leiden vervulde ik vaak de functie van secretaris. Ik was onder meer secretaris bij de Rabobank Breda en algemeen secretaris van een aantal Europese brancheverenigingen, met name in de verpakkingsindustrie.

Omdat ik mijn kennis van de Griekse taal en cultuur wilde inzetten, ben ik daarna voor mezelf begonnen. De laatste jaren werkte ik onder meer voor Griekse regionale agrarische producentenorganisaties, die producten als feta en fruit in Nederland willen vermarkten.”

Waarom maakte je de overstap naar BO Akkerbouw?

“Ik wilde weer echt deel uitmaken van een team. Bovendien zocht ik een afwisselende baan met een breed takenpakket. Deze functie past perfect in die wensen. De sector spreekt me aan omdat hij zo elementair is en vanwege de verbondenheid met de natuur en het landschap. Het is een pure sector met nuchtere mensen. Akkerbouw is na het jagen-verzamelen bovendien de eerste en oudste vorm van beschaving.”

Welk takenpakket heb je bij BO Akkerbouw?

“Een divers pakket, wat ik juist zo leuk vind. Als bestuurssecretaris heb ik natuurlijk allereerst de zorg voor het goed verlopen van de bestuurlijke processen. Maar ik hou me ook bezig met alle juridische zaken en de financiën, zoals de begroting en jaarrekening. Tot slot ben ik ook secretaris van het certificeringsoverleg. Ketenpartijen coördineren daarin de certificering voor de akkerbouw op het gebied van voedsel- en voederveiligheid en duurzaamheid.”

Wat is je opgevallen in je eerste twee maanden?

“De mentaliteit in de hele akkerbouwsector, die ik in alle contacten proef. Die kenmerkt zich door nuchterheid, openheid, eerlijkheid en de bereidheid om samen te werken. Dat coöperatieve spreekt me erg aan. Juist in een ketenorganisatie als BO Akkerbouw is die samenwerking essentieel. De belangen lopen namelijk niet altijd helemaal gelijk. Maar partijen zijn bereid naar elkaar te luisteren, zorgen te delen en samen te werken om het goede te doen. Dat is echt niet overal zo.”

Welk aspect van de akkerbouw heeft je het meest verrast?

“Het innovatieve karakter in de breedste zin van het woord. Er vindt volop onderzoek plaats naar nieuwe teeltmethoden. Ook werken zowel telers als partijen in uitgangsmateriaal, handel en verwerking continu aan verbetering en aan nieuwe producten, zoals de campagne De Akkerbouw Maakt Het laat zien. Van koolzaadolie tot ingrediënten voor cosmetica en plantaardig eiwit voor macarons: het komt uit de akkerbouw. Die verbeteringsgerichtheid vind ik echt opmerkelijk voor een sector die op het eerste oog traditioneel lijkt.”

Wanneer is jouw werkdag geslaagd?

“Als secretaris haal ik er voldoening uit als het bestuur op basis van juiste en volledige informatie een afgewogen en gedragen besluit kan nemen. Dan heb ik mijn werk goed gedaan. Ik hou er ook van om vanuit het overzicht de juiste dwarsverbanden te leggen. Tot slot kan ik er blij van worden als ik iemand heb kunnen helpen een probleem op te lossen. Voor vriendelijkheid is er altijd plaats. Een vriendelijk gebaar kan een dag positief kleuren.”

Welk akkerbouwgewas vind je het mooist?

“Ik kan echt in vervoering raken van gecultiveerde landschappen met golvende graanvelden. En ik hou ook van de kleuren van bloeiende koolzaad- of aardappelvelden en mooie akkerranden.”

Tot slot: hoe eet je je aardappels het liefst?

“Ik vind ze op alle manieren lekker. Een aanrader is frites op Griekse wijze: vers gesneden in een koekenpan gebakken in een twee vingers diepe laag olie. Ook meestoven in een suddergerecht met vlees en groente kan ik waarderen. Maar het allerliefst eet ik mijn aardappels in goed gezelschap.”