Meer grip op data: hoe de gedragscode het vertrouwen van telers versterkt
Data van telers staat op wel twintig plekken: in databases van teeltregistratie, trekkers, sensorenleveranciers, weerstations, adviesbedrijven en afnemers. “Daar kunnen we meer mee doen. Maar als akkerbouwer wil je het vertrouwen hebben dat data niet verkeerd wordt gebruikt”, vindt Hilde Coolman van het Nederlands Agrarische Jongeren Kontakt (NAJK). BO Akkerbouw roept vooral aanbieders van digitale tools op om zich aan te sluiten bij de vernieuwde Gedragscode Datagebruik Agrifood. En werkt intussen aan een persoonlijke dataruimte voor telers.
Als bestuurslid van BO Akkerbouw was Hilde betrokken bij de vorig jaar herziene gedragscode. Het NAJK, waar zij portefeuillehouder akkerbouw is, zette al een handtekening om volgens die code te werken. Als akkerbouwer ziet Hilde ook de grote waarde ervan in.
“Laboratoria hebben data van onze grondmonsters. Een verwerker heeft informatie over de opbrengst en de afgesproken prijs. En zo wordt op nog veel meer plekken data verzameld. Veel akkerbouwers zijn zich daar niet bewust van. Of ze weten dat wel en zijn daardoor juist voorzichtig, omdat ze niet weten hoe er met hun data wordt omgegaan. Met de gedragscode krijgen ondernemers er zeggenschap over. Dat geeft vertrouwen.”
Data gebruiken voor bedrijfsvoering
Dat vertrouwen kan er volgens Hilde voor zorgen dat ondernemers data echt gaan gebruiken voor hun bedrijf. “We kunnen nog veel meer doen met digitale tools. Voorlopers in precisielandbouw maken al vaak gebruik van data in hun bedrijfsvoering, maar dat is een beperkte groep. Als ondernemers grip hebben op data, gaan ze er eerder mee aan de slag.”
Terughoudend met digitale tools
Corné Kempenaar, Coördinator Data en Precisielandbouw bij BO Akkerbouw, is het volledig met Hilde eens. “Ik kreeg pas nog een telefoontje van een bedrijf dat bodemmonsters analyseert met de vraag hoe zij op de lijst van ondertekenaars konden komen. Zij zien er echt het belang van in, want zij merken dat akkerbouwers terughoudend zijn om met digitale tools te werken. Ondernemers willen natuurlijk niet dat data over bijvoorbeeld stikstof, gewasbescherming of opbrengstvoorspellingen zonder medeweten wordt gedeeld en zo mogelijk tégen hen wordt gebruikt.”
Oproep aan te melden
Daarom is van groot belang dat organisaties de gedragscode ondertekenen. Inmiddels zijn dat er al achttien, maar dat moeten er meer worden, vindt Hilde. “Royal Avebe en Royal Cosun staan erbij, net als Van Iperen, FarmPlus en Agrifirm. Maar ik mis in de lijst vele andere bedrijven die digitale tools aanbieden. Ik roep ze graag op zich aan te melden bij BO Akkerbouw.”
Actief organisaties benaderen
Bij een oproep alleen blijft het niet. “We benaderen zelf actief organisaties”, laat Corné weten. “Pas ben ik bij Copa Cogeca geweest – de Brusselse evenknie van LTO Nederland – om uit te leggen wat de gedragscode inhoudt. Deze maand ben ik spreker op Fedecom-bijeenkomsten, de brancheorganisatie van 1000 fabrikanten in de agrotechniek. Deze partijen hebben veel data over agrarische bedrijven. We zoeken het ook buiten de akkerbouw: de brancheorganisatie KAVB heeft de Gedragscode al ondertekend. Met andere sectoren zijn we in gesprek. De gedragscode staat open voor alle partijen in de agrifoodsector.”
Relatief eenvoudig aansluiten
Aansluiten bij de gedragscode is vooral belangrijk voor aanbieders van digitale tools. En is relatief eenvoudig als de algemene voorwaarden van de organisatie er al mee in lijn zijn, zo legt Corné uit. “Als ondertekenaar maak je de afspraak met gebruikers – agrarische bedrijven – dat je niets met hun data doet zonder toestemming. Ook moet je als ondertekenaar werken volgens gangbare ICT-standaarden en data bruikbaar kunnen terug leveren aan de gebruiker.”
Dataruimte voor telers
De datacoördinator van BO Akkerbouw spant zich niet alleen in om organisaties op de lijst te krijgen, maar werkt de komende twee jaar ook aan de ontwikkeling van de dataruimte van de teler. Corné legt uit dat de versnippering in databronnen per bedrijf moet worden doorbroken.
“We werken daarvoor een plan uit dat moet leiden tot eenvoudiger en beter datagebruik, zodat telers die data kunnen inzetten voor hun bedrijfsvoering en voor het verantwoorden van milieuprestaties. Bijvoorbeeld het berekenen van de Kritische Prestatie Indicatoren – KPI’s – van de BiodiversiteitsMonitor Akkerbouw. Zo zitten telers zélf aan het stuur. Daar zetten wij ons voor in.”
Vragen over de Gedragscode Datagebruik Agrifood? Of wil je als organisatie meteen aansluiten? Kijk op www.bo-akkerbouw.nl/gedragscode of stuur een e-mail naar info@bo-akkerbouw.nl.