21-11-2024

“Met doelsturing is de ondernemer zelf aan zet”

Zijn liefde voor het platteland drijft Roy Meijer (31 jaar) om voorman te zijn van Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK). Toekomstbestendig boeren: daar zet hij in Den Haag en Brussel op in. Net als BO Akkerbouw denkt hij dat doelsturing daarbij gaat helpen. “Je staat als ondernemer zélf aan het roer. Het verleden heeft laten zien dat dit werkt.”

Roy Meijer - NAJK

Waarom zet jij je in voor de belangen van jonge agrariërs?

“Met mijn ouders heb ik een melkveehouderij in Witteveen onderin de Drentse Veenkoloniën. Ik vind dat ik als ondernemer iets terug moet doen voor de sector. En ik hou van het platteland, van het boer-zijn. Aan het toekomstbestendig maken van het platteland draag ik graag mijn steentje bij. Daarbij is NAJK een fantastische club. We hebben een heel goed team: dat geeft energie. Onze 8000 leden uit alle sectoren en regio’s vinden bij NAJK niet alleen gezelligheid, maar kunnen erop rekenen dat wij lobbyen voor hun belangen in de provincies, Den Haag en Brussel.”

NAJK is lid van BO Akkerbouw. Hoe ervaar jij de samenwerking?

“Heel goed. BO Akkerbouw is een vooruitstrevende club die vertelt wat ze wél wil: dat hebben we nodig. We zijn daarom een goede match, want dat doen wij ook. In het akkerbouwcluster gaan miljarden om, dus het is goed om samen vergezichten te schetsen, zoals in Ruimte voor de Nieuwe Akker. Anders loop je het risico dat je toekomst te grabbel wordt gegooid.”

--> Lees hier: Ruimte voor de Nieuwe Akker – perspectief voor de Nederlandse akkerbouw

De agrarische sector staat voor grote opgaven: regelgeving, klimaatverandering en verduurzaming. Waarom zijn die nog uitdagender voor jonge ondernemers?

“Zij hebben nog een hele carrière voor de boeg. Jonge boeren moeten de tent klaarstomen voor morgen. Nee, voor overmorgen! Als je vooruit wil komen, moet je wel weten met welk pedaal je gas moet geven. Bovendien heb je als jonge boer net het bedrijf overgenomen of sta je voor een overname. Dat is een sprong in het diepe, want die moet wel betaald worden.”

"In de akkerbouw zie ik ondernemersgeest en gretigheid om uitdagingen aan te gaan"

Merk je dat jonge akkerbouwers vooruit willen?

“Zeker. In de akkerbouw zie ik een enorme ondernemersgeest en gretigheid om uitdagingen aan te gaan. Het krimpende middelenpakket en de Kaderrichtlijn Water zijn niet leuk, maar jonge akkerbouwers willen een oplossing vinden. Omdat ze door willen met hun bedrijf én met de sector. Hilde Coolman, onze portefeuillehouder akkerbouw, pakt dat heel goed op. Zij maakt samen met LTO een plan voor een gebiedsgerichte aanpak om normoverschrijdingen van gewasbeschermingsmiddelen aan te pakken. Dit om extra maatregelen via de Kaderrichtlijn Water te voorkomen.”

BO Akkerbouw bepleit doelsturing om de grondwaterkwaliteit te verbeteren. Hoe kijken jullie daarnaar?

Daar staan wij helemaal achter. We moeten volle bak vooruit, zo snel mogelijk. Met doelsturing op waterkwaliteit kun je als ondernemer laten zien of je binnen de lijntjes kleurt. En als dat niet zo is, kun je daarvan leren en jezelf verbeteren. Nu bepalen de excessen de toon van de muziek. Als ondernemers de vrijheid krijgen om op hun eigen manier doelen te halen, dan gaat het beleid werken. Zo ging dat in het verleden ook met de MINAS-aangifte, waarbij veehouders hun aan- en afvoer van mineralen moesten vastleggen. Een daling was lucratief. Daardoor gingen boeren bewegen en daalden de emissies gigantisch.”

Is er gehoor voor doelsturing in Den Haag?

“Zeker wel. Het kabinet en de Tweede Kamer staan ervoor open. Ik merk dat ambtenaren het nog spannend vinden. Doelsturing is lastiger te controleren dan maatregelen, die je kunt afvinken.”

Wat zou jij als eerste doen als jij nu minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur was?

“Ik zou meer uitvoeringskracht in de sector organiseren. Als er een wet op papier staat, is die niet zomaar ingevoerd. Over de schutting gooien werkt niet. Zo moet er voor het monitoren van data rondom doelsturing een organisatie een mandaat krijgen. Vroeger hadden we daarvoor de productschappen. Van een productschap 2.0 ben ik voorstander.”

Hoe zie jij die akkerbouw van morgen?

“Dat hangt van vele dingen af. Kan de overheid steun en sturing geven? Blijft de verwerkende industrie concurrerend in de wereld? Blijven er voldoende boeren over in Europa in deze vergrijzende sector? Je hebt zowel de overheid, industrie als akkerbouwers nodig om succesvol te zijn.”

Welk akkerbouwproduct ligt elke dag op jouw bord?

“Ik ben dol op de AVG-maaltijd, dus aardappelen, vlees en groente. Sinds ik samenwoon zitten er meer groenten bij dan voorheen. Aardappelen met jus en spruitjes, daar ben ik absoluut fan van.”